...
Elektronische facturen hebben een afzender-ID. Om de factuur te kunnen volgen via het portaal van Mercurius, moet u ervoor zorgen dat deze ID het bedrijfsnummer ondernemingsnummer is - uitgegeven door de Kruispunt Bank van Ondernemingen (KBO) aan elk Belgisch bedrijf.
...
De identificatie van correspondenten is een belangrijk gegeven bij de uitwisseling van facturen. Sinds 2003 heeft de Kruispunt Bank van Ondernemingen (KBO) elke in België opererende onderneming een uniek nummer gegeven, waardoor deze identificatie gegarandeerd is. Daarom wordt sterk aanbevolen dat ondernemingen het gebruik van het bedrijfsnummerondernemingsnummer in hun elektronische uitwisselingen bevorderen.
Er zijn veel andere bedrijfsidentificatiemiddelen. De meest gebruikte zijn het BTW-, IBAN-, GLN-ID, …
In het belang van neutraliteit en interoperabiliteit maakt de norm (Europese standaard voor elektronische facturering) het gebruik van elke erkende identificatie op Europees niveau mogelijk.Het portaal van Mercurius stelt haar gebruikers in staat om de verwerking van facturen te volgen die door hun bedrijf verzonden (of ontvangen) zijn. Om het bedrijf te bepalen dat een gebruiker van het portaal vertegenwoordigt, is het portaal geïntegreerd in het federale Role Management platform (voor meer informatie kan u terecht op de FAQ « Hoe krijg ik toegang tot het Mercurius portaal? »).
Het platform voor rolbeheer erkent de KBO alleen als een authentieke bron voor de identificatie van ondernemingen en beheert daarom alleen rollen met betrekking tot bedrijfsaantallen. Als gevolg hiervan zijn alleen facturen met het bedrijfsnummer ondernemingsnummer van de afzender zichtbaar op de Mercurius portal. De afzenders van elektronische facturen aan de administratie hebben dus een extra reden om het gebruik van deze identificatie te bevorderen.
In sommige contexten moeten enkele bedrijven echter een andere ID dan hun bedrijfsnummer ondernemingsnummer gebruiken voor hun uitgaande e-factureringsstream (ze zijn bijvoorbeeld voornamelijk internationaal actief en hun belangrijkste contacten herkennen het bedrijfsnummer ondernemingsnummer nog niet).
Naast de belangrijkste identificatie, maakt de Europese standaard voor elektronische facturering het mogelijk secundaire ID's te communiceren.
Afzenders die hun bedrijfsnummer ondernemingsnummer niet als primaire ID kunnen gebruiken, kunnen dit als secundaire ID verstrekken. Dit is voldoende om de facturen zichtbaar te maken voor geautoriseerde portalgebruikers.
Technische informatie:
De belangrijkste identificatie van een partij wordt gecommuniceerd via het UBL- data element Party/EndpointID
De secundaire ID van een partij wordt gecommuniceerd via het UBL- data element Party/PartyIdentification/ID.
...