Elektronische facturering houdt in dat u een ID gebruikt van de entiteit die de factuur verzendt en de entiteit die deze ontvangt.
In België geeft de Kruispuntbank van Ondernemingen (KBO) een ondernemingsnummer uit dat uniek is voor elke onderneming en gemeenschappelijk is voor al haar businessunits/entiteiten.
De KBO valt onder de verantwoordelijkheid van de FOD-economie.
BOSA beveelt het gebruik van het ondernemingsnummer aan als entiteits-ID in elektronische facturering, althans op nationaal niveau.
De KBO heeft ook nummers voor vestigingseenheden, die onderverdelingen van de onderneming zijn.
Dit niveau binnen de onderneming maakt over het algemeen geen gebruik van elektronische facturatie.
In sommige gevallen kunnen entiteiten hun ondernemingsnummer niet gebruiken.
Dit kan bijvoorbeeld het geval zijn bij zelf beheerde openbare entiteiten die onderdeel zijn van een grotere structuur die alleen wordt geïdentificeerd door één enkel ondernemingsnummer, maar toch een aparte boekhouding hebben.
In dit geval zou een discussie met de KBO kunnen leiden tot een apart ondernemingsnummer.
Als dit echter niet mogelijk zou zijn, kan de entiteit een andere ID gebruiken, uitgegeven door een privé organisatie.
Het bekendste ID is het GLN-nummer uitgegeven door GS1.
Dit nummer wordt pas toegewezen nadat de entiteit lid is geworden van GS1; het is dus niet gratis en vereist het doorlopen van een traject dat niet door BOSA wordt ondersteund.
Bovendien ontneemt het gebruik van een GLN-nummer de gebruiker toegang tot het Mercurius Portaal.
Deze toegang maakt immers gebruik van het platform "mijn beheer van eGOV rollen", dat uitsluitend werkt op basis van het ondernemingsnummer.
Ten slotte moet de entiteit zich ervan bewust zijn dat het haar eigen verantwoordelijkheid is om haar leveranciers hieromtrent te informeren.
Het niet op een standaard manier werken leidt tot praktische problemen en houdt het risico op misverstanden in.